woensdag 3 maart 2010

VANWEGE EEN MIER

uit James Fadiman (ed)
'Essential Sufism'

Dienen is een vorm van aanbidden, en ook een machtige methode tot zelftransformatie. De meeste diensten die wij aanbieden zijn egoïstisch; het zijn diensten voor een beloning: geld, waardering, eer. Met 'dienst' bedoelen de Soefi's dienst 'omwille van God', zonder een gedachte aan beloning. Zo'n soort dienst is er als we ons realiseren dat we deel zijn van God's schepping, en dat we door de schepping te dienen de Schepper dienen - niet voor een hemelse beloning maar uit liefde en dankbaarheid.

Dienen hoeft niet groot of dramatisch te zijn.
Jaren geleden wijdde de moeder van een van de sultans der Ottomanen zich helemaal aan goede werken. Ze bouwde moskeeën en een groot ziekenhuis en ze liet bronnen slaan in verschillende wijken van Istanbul waar geen schoon water was. Op een dag, toen ze het bouwterrein van het ziekenhuis ging inspecteren, zag ze een mier vallen in het natte cement van de fundering. Met aandacht redde ze de mier uit zijn benarde positie en zette hem op de grond.
Een paar jaar later stierf ze.

Die nacht verscheen ze aan enkele vrienden in hun dromen. Ze straalde van vreugde en innerlijke schoonheid. Haar vrienden vroegen haar of ze naar het Paradijs was gegaan vanwege al haar geweldige liefdadige werken, en ze antwoordde: "ik ben in het Paradijs, maar niet vanwege die grote daden.
Ik ben hier vanwege een mier."

Geen opmerkingen: