dinsdag 18 mei 2010

DE MAN DIE BRIEVEN KREEG VAN BEELDEN

Bron: John Michell 'Eccentric Lives and Peculiar Notions'

De eerste spiritualistische cirkel in Parijs, samengebracht in 1850, kwam bij elkaar in het huis van Baron Ludwig von Güldenstubbe (1820-1873). De baron was een liefhebber van oude en occulte mysteries en had zelf ook wel eens onderzoek gedaan naar Poltergeistverschijnselen.
De communicatie via mediums was de baron wat te omslachtig, en hij verlangde naar een meer directe manier om met geesten in contact te komen.
Daarbij ging hem door het hoofd dat er in de bijbel sprake is van twee directe communicaties: de inscripties op de Stenen Tafelen (Ex. 20, 2-17), en het Mene Mene Tekel OePharsin, geschreven op de muur van Koning Belshazzar's eetkamer. (Daniel 5, 1-31)
Een ander geval dat hem niet losliet was het standbeeld van Memnon in Egypte, waarvan in de oudheid gezegd werd dat het bij zonsopgang een mysterieuze kreet slaakte.
Geïnspireerd door deze historische voorbeelden sloeg de baron aan het experimenteren.
In 1856 sloot hij een bloknoot en een pen op in een doos, en wachtte op resultaat.
Na een tijd van teleurstellend wachten opende hij de doos, en ja, er was op het papier gekrabbeld.

Diezelfde dag vond hij nog meer, en wel in zijn eigen taal, Estlands. Het was zelfs niet nodig om de doos te sluiten; de woorden vormden zich spontaan op het papier, zonder hulp van de pen.
De Baron was enthousiast, ook al waren de woorden betekenisloos. Het ging om het feit en niet om de boodschap, en optimistisch voorspelde von Güldenstubbe dat "het uur was aangebroken waarop het materialisme en het sceptische rationalisme van onze zogenaamde moderne geleerden uitgeroeid zal worden."
Nou ja, dat uur laat nog steeds op zich wachten.
Wat de Baron betreurde was dat hij niet kon achterhalen wie er op zijn bloknootje schreef.
Maar toen had hij een creatief idee: misschien kon hij met figuren uit het verleden communiceren door bloknootjes achter te laten bij hun standbeelden.
Met enkele geïnteresseerde vrienden liep hij het Louvre af, en bezocht begraafplaatsen en kerken, bij alle stenen beroemdheden uit de geschiedenis papier deponerend, en niet te vergeten zijn visitekaartje.

Het resultaat was verbluffend. Toen hij na enige tijd bij de standbeelden verhaal ging halen, bleken de meesten deze kans om weer eens van zich te doen spreken te hebben aangegrepen.
Ze schreven in hun eigen taal, en bijna altijd alleen hun naam, en geen verder nieuws.
Gedurende deze periode communiceerde Güldenstubbe met de meeste welbekende standbeelden van Parijs, zowel als die in Versailles en Fontainebleau. Zo verkreeg hij meer dan 500 boodschappen in 20 talen. Veel daarvan publiceerde hij later in een boek waarin hij ook het Spiritualisme met kracht verdedigde.
Het publiek was met stomheid geslagen. De Baron en zijn adelijke vrienden te beschuldigen van fraude was ondenkbaar, maar sommigen opperden dat de hoge heren waren beetgenomen door een frauduleuze grappenmaker. Het idee dat standbeelden konden worden ondervraagd om de details over hun leven en tijd te weten te komen, was een idee waar men nauwelijks op door durfde te denken.
Op de een of andere manier is het daarbij gebleven, en noch Güldenstubbe, noch anderen hebben de experimenten vervolgd.

Hier ligt dus een terrein braak voor wie het wil proberen.
Later verhuisde de Baron naar Londen, waar hij weer deelnam aan reguliere séances. Blijkbaar gaf dat toch meer bevrediging dan de communicatie met beelden van stand.

Geen opmerkingen: