maandag 14 juni 2010

HEMELS VERKEER

In de 90er jaren nam het aantal geziene engelen in Noord en Latijns Amerika hand over hand toe.
Berichten van mensen die door engelen waren gered, die ze hadden gezien op een begraafplaats, en die ze in de auto hadden gehad haalden de kranten. Een engel-flap dus.
In El Salvador nam die hemelse invasie blijkbaar gevaarlijke vormen aan, want daar werden in de provincie Sonsonate zoveel engelen gerapporteerd dat men vreesde voor ongelukken.Officiële engelenoversteekplaatsen werden ingesteld waar auto's, ook al zagen de bestuurders niets, op straffe van een boete van $ 1500 moesten stoppen.
Niet alleen handig voor engelen die willen oversteken.
Het bericht uit 1995 in een krant in Arizona suggereert dat mensen die moeite hebben hun beschermengel te contacteren zich misschien naar Sonsonate moeten begeven.

Maar dat was 1995.

Een site op internet heeft een bericht van vorig jaar voor ons: een vliegtuig dat bijna in botsing kwam met een groepje engelen. Dat klinkt, qua hemelse omgeving, aannemelijker dan een kruispunt op de grond.
Een Jet-liner van Chicago naar Los Angeles rapporteerde aan Ground Control de vlucht van minstens 50 lichtgevende entiteiten op een hoogte van meer dan 10 kilometer.
God zij dank konden ze een botsing vermijden.
Je moet er niet aan denken.


De Amerikaanse NTSB (National Transportation Safety Board) heeft na dit voorval een onopvallende waarschuwing doen uitgaan naar alle lijn piloten: wees op je hoede voor hemelse heerscharen.
Achteraf denkt de bemanning van het vliegtuig dat er rechtuit door de engelen heengevlogen had kunnen worden, maar tja, op zo'n moment is de tegenwoordigheid van geest even op de loop.
De passagiers zijn geïnstrueerd hun ervaring niet aan de pers te vertellen 'in het belang van National Security'.
Als we het niet dachten.
Wat engelen in CIA files doen is een vraag waar een normaal mens geen antwoord op heeft.

Engelen schijnen Amerika de laatste jaren in groten getale op te zoeken. De rapporten vliegen binnen.
Een vrouw hield er een handvol gouden kiezels aan over, van de hemelse tuinpaden.
Die engelen hebben humor, dat is een opluchting

Dezelfde christelijke site geeft een paar tips over wat te doen als men een engel tegenkomt.
Niet rennen, en niet naar de politie gaan. Als God je achternazit is er geen ontkomen aan, dat weten we al sinds Adam en Eva.
Dus: iPod uit je oren en luisteren naar de boodschap.
God heeft het nog steeds voor het zeggen, verzekert de dominee.
Het komt allemaal goed, zegt hij. Jezus is op komst en hij neemt engelen mee.
We kunnen ons vast gaan verheugen..

zondag 13 juni 2010

MENS OF VLINDER

Chuang Tzu uit: 'Verhalen uit de TAO'

De vlinder fladderde rond zonder besef van de wind die haar vleugels plooide.
Ze vloog van hier naar daar. Ze zwierf tevreden rond met geen ander doel dan deel te zijn van de wind die langs haar vleugels streek.
De kleine vlinder was nog jong. Ooit had ze als rups en pop geleefd in een zware cocon die haar gevangen hield - het leken eeuwen. Geduldig had ze gewacht op het moment dat ze uit haar cel kon breken en haar vleugels kon uitslaan in de vrije lucht.

Nu was het zover!
Af en toe was er nog die herinnering aan een ander leven, een andere bestaansvorm. Een leven dat veel zwaarder leek dan dit leven. Maar gewoonlijk negeerde de vlinder deze donkere dromen en deed gewoon wat vlinders doen: zorgeloos rondvliegen zonder doel of gedachte.

De dag werd nacht en de vlinder keerde terug naar de boom waar ze sliep zolang het donker was. Opeens stopte ze...

De man lag in zijn bed, verward, verloren in gedachten. Het had zo echt geleken, dit mooie vlinderleven. In het vroege morgenlicht lag hij te luisteren naar de geluiden van de ontwakende stad, en zag de rijst voor zich die werd klaargezet voor het ontbijt.
Zijn droom -als het dat was - was zo levendig geweest, zo echt. Hij had zich werkelijk een vlinder gevoeld, en alleen maar vlindergedachten gehad.
Maar nu was hij weer terug in een mensenlichaam, terug in een wereld van oorzaak en gevolg. Wat was de werkelijkheid en wat was de droom? Was hij een gedachtenloze vlinder of een man?
Hoe wist hij zeker dat wat hij nu ervoer geen droom was? Was hij misschien in het echt die vlinder, vrij en één met de natuurlijke wereld van Tao?
Hij glimlachte in het donker. Ach, wat maakte het ook uit of hij een mens was die had gedroomd dat hij een vlinder was, of een vlinder die droomde dat ze een mens was.
Hij wist wat hij wist - en hij wist wat hij niet wist.
Dat was wat hem door de lange dagen en nachten van dit menselijk bestaan heenhielp.
Wat hij ervoer in zijn vlinderleven was er gewoon, net buiten de rand van zijn droom.

Hij lachte bijna hardop. Hij zag de gezichten van zijn leerlingen al voor zich als hij hen uitlegde dat hij niet zeker wist of hij een mens of een vlinder was.
Langzaam stond hij op en strekte zijn armen uit als een vlinder die zijn vleugels spreidt.
De dag begon.

LEVITATIE

Levitatie is een verschijnsel dat, hoe onwaarschijnlijk ook, in de analen van het Spiritualisme af en toe voorkomt. Het bekendste voorbeeld is het medium D.D. Home, die op klaarlichte dag zelfs horizontaal het raam uitvloog om door een ander raam weer binnen te zeilen.
Luister naar dit verhaal uit India, uit 'Lost Worlds and Underground Mysteries of the Far East' (1938) :

Paul Dare, een onderzoeker van yogi-wonderen in de eerste jaren van de 20ste eeuw, vertelt hoe hij stond te praten met een Swami, die behoorde tot een kolonie van heilige mannen die leefden in de grotten van Jogeshwari, in de buurt van Bombay. Beiden stonden aan de rand van een ravijn te oreren over het wel of niet 'echt' zijn van Yogi krachten.
Terwijl de Swami fijntjes glimlachte over het westers scepticisme van zijn gesprekspartner, stapte hij over de rand van het ravijn en liep rustig naar de overkant, zonder het gesprek een moment te onderbreken.
Toen hij over lucht lopend aan de andere kant was aangekomen, liep hij op dezelfde manier, pratend over westerse wetenschap, terug.

Hoezo Jezus liep niet over water?

MAGIE IN ZUID VIETNAM

uit: Journey of a Healer - Hien Van Nguyen

De schrijver is een healer opgeleid volgens magische tradities van zijn eigen cultuur, maar nu werkzaam in Californië. Ik vertaal het laatste hoofdstuk uit het boek, dat een nuchter verhaal is over Hiens jeugd en zijn pleegvader, een gerespecteerd magiër van wie hij zelf het meeste leerde. Lees en verbaas je!

Vader en Grootvader

De meest buitengewone magiër die ik ooit heb ontmoet was, natuurlijk, mijn adoptie-vader. Toen ik met mijn training begon, demonstreerde hij me zijn supernormale kracht. Hij was al in de 60 en woog nauwelijks 50 kilo.
Ik herinner me dat hij met gekruiste benen en met z'n linkerkant tegen de muur zat, waarbij alleen zijn oor, schouder en linkerkne in contact waren met de muur. Hij vroeg een vriend om een paar sterke mannen te halen die hem van de muur weg konden krijgen. De vriend bracht 4 sterke kerels mee, die elk zeker 90 kilo wogen. Na een half uur trekken en duwen gaven ze het op, uitgeput. Niemand kon mijn vader van de muur weg krijgen.
Vader had nog andere talenten.

Ooit gaf hij een klant een zeldzaam, miniatuur Boeddhabeeldje dat in een houten doosje zat. Vader instrueerde de man om op de voorgeschreven wijze offerandes te brengen, en anders het beeldje terug te geven. Na een paar weken klopte de man wanhopig bij vader aan: "ik ben het beeldje kwijt! Het spijt me verschrikkelijk, maar het is weg!"
Vader schudde z'n hoofd., en wees naar zijn eigen altaar. Daar stond het beeldje. "ik heb het teruggenomen", zei vader. "Je vergat je offer te brengen zoals ik je had opgedragen."
De klant zweeg. Een paar dagen later bracht hij het lege houten doosje terug.

Bij verschillende gelegenheden tijdens mijn training liet vader zijn talenten zien. Op een avond wees hij naar een lamp boven mijn hoofd.

Een paar seconden later explodeerde die. Hij zei dat hij alleen in staat was hem te breken, terwijl mijn grootvader alleen door ernaar te kijken het licht aan en uit kon doen.
Grootvader liet vaak van zich horen. Ik herinner me dat vader iedere twee weken wieroek brande voor een foto van grootvader. Binnen drie minuten vanaf het moment dat de wierook was aangestoken, verscheen grootvader. Ik kon hem nooit zien, maar vader schoof altijd een stoel voor grootvader bij, maakte thee en had een lang gesprek met hem.
De eerste keer dat ik dat meemaakte vroeg ik vader de volgende dag met wie hij in gesprek was geweest.
"Met mijn meester", zei hij, "die me heeft getraind in een bergtempel in Cambodja."
Ik herinner me nog een voorval.
Vader en ik waren in de jungle en vonden daar een fruitboom. "Kijk goed naar die boom", zei vader. "Ik ga zorgen dat hij voor één nacht doodgaat."
Ik inspecteerde de boom die er volkomen gezond uitzag en vol weelderig blad zat.
Vader liep naar de boom toe en wreef een paar maal langs de stam op en neer., terwijl hij zacht een formule mompelde. Toen dat gedaan was nam hij me mee naar een stroom dichtbij de boom, om te bespreken wat ik die dag geleerd had. Een half uur later keerden we naar de boom terug. Maar nu was hij kaal en de takken zagen er breekbaar uit. Onder de boom lag een dikke laag bruine bladeren en rottend fruit.
Ik keek vader aan en vroeg:"hoe lang duurt het voor de boom weer gezond is?"

"Morgen", zei vader. Er moet één nacht overheen gaan."
De volgende morgen keerden we terug. Vader zei me m'n ogen dicht te doen. Toen ging hij opnieuw met z'n handen op en neer langs de stam, en toen ik m'n ogen opende zag de boom er weer net zo prachtig uit als de dag tevoren.
Vader demonstreerde eens voor een paar skeptische vrienden van mij hoe hij op afstand iemand kon roepen met zijn gedachten. De vrienden kozen een willekeurig meisje in de straat, en binnen een paar seconden liep ze op vader toe en ging zelfs op zijn schoot zitten. Toen vader haar het bevel gaf naar huis te gaan stond ze op, zonder zich bewust te zijn wat er gebeurd was.

Eenmaal was vader gevraagd in een andere stad iemand te genezen, maar de man had niet genoeg geld om de reis voor vader en mij te betalen. Toen nam vader mij mee naar een casino. Dat was verboden voor wie het Pad van de Magiër volgt, maar vader legde uit dat het in dit geval geoorloofd was, omdat we er iemand mee konden helpen. vader had uitgerekend hoeveel we nodig hadden: 3.000 piaster. Vader legde 100 piaster neer, en zei dat ik van het geld af moest blijven tot hij het bedrag bij elkaar had. Dan zouden we gaan. Vader won meteen, en ging door met winnen tot het bedoelde bedrag was bereikt. Toen greep hij het geld en verlieten we het gokpaleis om ons naar de klant te begeven.

vrijdag 11 juni 2010

STUDIE

Is het jullie ook wel eens opgevallen dat je tegenwoordig overal deskundig in kunt zijn? Dat televisieprogramma's van ernstige aard blikken geleerden in voorraad schijnen te hebben die doceren in de meest minuscule uitwassen van het intellectuele erfgoed?
Soms bekruipt me het gevoel dat iemand die een boek gelezen heeft zich al deskundig mag noemen en zich kan betitelen met een bizar specialisme, maar dat zal mijn cynisme wel wezen.
Maar lezend in een van mijn favoriete tijdschriften, FATE, kom ik koren op mijn molen tegen: Lady Di is in dood en leven serieus onderwerp van studie geworden. Studenten in California kunnen cursussen volgen in het leven en lijden van prinses Diana. Diana is een academische discipline geworden, en researchers in het veld van 'Diana-studies' zijn doende met het onderzoeken van haar impact op de Britse maatschappij en cultuur, en verdiepen zich in haar boulimia, paper dolls en neurotische trekken alsof dat onderwerpen zijn waar wij allen de vruchten van kunnen plukken.
Academische werken zijn verschenen met titels als 'Planet Diana: Cultural Studies and Global Mourning' en meer van dat geleerds.
Er wordt gesproken over 'het digestiv system' waarvan het publiek en Diana deel uitmaken.
Getver.
Studenten aan Universiteiten in Engeland, de US en Australië gaan zich te buiten aan diepe reflecties over haar leven en dood. Conferenties zijn er belegd en symposia, vele artikelen zijn er geschreven en prijzen uitgereikt voor de beste academische prestaties in het Di-field.
Hoe gek kunnen we worden?
Hebben we geen andere helden om te vereren, als er zo nodig vereerd moet worden?
Na de verkiezingen waar een bedenkelijk persoon honderdduizenden achter zich kreeg omdat hij toevallig ook uit Limburg komt en dus 'Ons Geert' genoemd kan worden, kunnen we ons weer eens af gaan vragen op grond waarvan we onze volksvertegenwoordigers kiezen.
Nu dat voorbij is zitten we midden in de voetbalgekte. De hamstring van Arjan Robben, even verdreven door ons stemgedrag, kan nu weer de kranten vullen, mocht het toch niet meevallen voor onze held.
O gottegot ik moet er niet aan denken als we straks gaan verliezen. Al dat leed.
Maar stel dat het onmogelijke gebeurt: verlies in de kwart finale, dan hebben ze vast heldhaftig gestreden. Beslist.

Gelukkig hebben onze helden een acceptabel inkomen.
Dat mag dan ook wel.
Allicht zal er dan weer iemand promoveren op de ins en outs van de voetbalscene.

Zodat anderen ervan kunnen leren.

Maar zonder dollen: hoe kritisch zijn we op de keuze van onze rolmodellen?

Over het paard getilde voetballers, onbenullige BN'ers en gestoorde prinsessen, wat zegt dat over onszelf?

woensdag 9 juni 2010

ZEKERHEID

In de New Age business wordt een hoop geproduceerd. Te veel, denk ik, vooral omdat de gewone lezer door de bomen het bos niet kan vinden. Al die methodes om beter te worden, beter te mediteren, jezelf te vinden (whatever that may be), contact te krijgen met space-brothers, natuurgeesten, dieren, aura's te zien en kundalini te activeren, het wordt me wel eens teveel. Daarom kom ik tegenwoordig maar zelden in een New Age boekhandel: zo'n uitstalling overtuigt me vooral van wat ik níet wil hebben.
Natuurlijk liggen er ook goeie boeken, waardevolle boeken, boeken die me even in m'n portemonnee laten kijken of ik wel genoeg geld bij me heb.
Maar de vraag blijft prangen: hoe weten al die schrijvers van boeken en van internetblogs zo precies hoe't zit met het leven? Waar halen ze hun wijsheid vandaan?
Uit zichzelf, zegt de getrouwe New Ager.

Dat zal wel, want de meeste boeken zijn niet voorzien van een bibliografie, en in het geval van een 'leer' of een 'theorie' vind ik dat om te beginnen al verdacht.
Want in mijn ervaring - en ik heb veel gezien en nogal wat afgelezen - zijn er maar weinig mensen die 'uit zichzelf' de wijsheid bezitten om anderen te vertellen hoe ze moeten leven, of de kennis bezitten om te weten waar ze hun goedverkopende wijsheden op baseren. Vooral aan dat laatste is nog wel eens gebrek. Men weet niet veel, en dat leidt al gauw tot de illusie dat men zelf heeft bedacht wat als het even wil al duizenden jaren in omloop is.
Natuurlijk is daar een weg omheen, want die schrijvers vertellen hun wijsheden als een verhaal, of ze presenteren zich als geestelijk heel bijzonder, of ze leggen gewoon de verantwoordelijkheid bij het 'zelf' van de ander.
"Het zit allemaal in jezelf" is hun boodschap. "Je hoeft alleen maar naar mij te luisteren en dan komt het er vanzelf uit."
O, zo.

God beware ons voor de betweters, de wijsneuzen, de zichzelf op de borst slaande verlichten en de mooipraters, de dommerikken en de oppervlakkige gelukszoekers.
Hij geve ons onderscheidingsvermogen en verstand, zodat we niet overal intrappen, geen secteleiders achternalopen, geen goeroes aanbidden, geen politieke leiders kritiekloos geloven, en onze voeten op de grond houden.
Het leven is nou eenmaal niet iets wat we uitgelegd kunnen krijgen. Er zijn geen geëffende paden en er is geen absolute zekerheid.
Houvast ...misschien, in wie ons voorgingen, hun ster achterna. In authentieke spiritualiteit, in uitgevochten levens, in doorleefde wijsheid, in een eenvoudig mens, in een pretentieloze ontmoeting.

We kunnen geloven en hopen en proberen de hobbelige weg te gaan die naar onze uiteindelijke bestemming voert, en leren van onze ervaringen en van onze fouten. We kunnen hopen op wijsheid ....en op vergeving.
Maar zekerheid...gelukkig niet.

WAAROM?

Naar: Peninnah Schram, 'Tales of Elijah the Prophet'

De wereld zit niet logisch in elkaar. We hebben geen antwoord op het kwaad in de wereld, en geen verklaring voor het 'waarom' van veel wat ons overkomt. We vragen het aan God, aan het lot, of we gooien het op ons Karma.
Hoe het ook zij, soms zijn er uit universele belevenissen volksverhalen ontstaan, met een thema dat steeds in een andere culturele setting terugkomt.
Hier is zo'n verhaal over 'waarom' uit de joodse traditie. De hoofdpersoon is de profeet Elia, die in de Ashkenazische (oost Europese) traditie in veel volksverhalen en traditionele gebruiken een rol speelt.

In een zeker stadje leefde een vrome en goede man, Reb Shmuel ben Yosef.
Hij vertrouwde God en accepteerde wat hem en zijn familie overkwam - meestal.
Maar soms was hij verbijsterd door wat er met anderen gebeurde. "waarom, God", riep hij dan, "waarom laat u zulke dingen gebeuren? Help me om het te begrijpen, want ik zie de mooie dingen niet meer omdat alles vertroebeld is." En Reb Shmuel bad dat hij de profeet Elijah mocht ontmoeten, omdat die hem zou kunnen vertellen hoe het met de schepping in elkaar zat.
En zo gebeurde het dat hij op een dag een vreemdeling tegenkwam die zei "ik ben Elia. Wat wou je me vragen?"
Reb Shmuel antwoordde: "Mijn wereld is donker geworden, en ik heb behoefte aan inzicht, zodat ik de wonderen van de schepping weer kan zien."
"Je mag met me mee", zei Elia, "maar je moet me beloven dat je geen vragen zult stellen, ook al is dat wat ik doe volkomen onbegrijpelijk voor je." Dat beloofde Reb Shmuel.

En zo kwamen ze samen bij een huisje waar een arme man en zijn vrouw woonden. Hun enige bezit was een koe, maar zij onvingen de vreemdelingen hartelijk, en gaven hen te eten van het weinige wat ze hadden.
's Morgens voor ze vertrokken gaf Elia een teken, en de koe stierf.
Reb Shmuel was verbijsterd, en hij mompelde: "nou, dat is een mooie manier om de gastvrijheid van die mensen te belonen!"

Elia herinnerde hem aan zijn belofte en gaf geen verklaring.
Die avond kwamen ze bij de villa van een rijke man, en klopten aan. Ze kregen een plaats om te slapen, maar geen eten en ze gingen met honger naar bed.
's Morgens zag Elia dat er een ontwortelde boom lag bij het huis. Hij gaf een teken, en de boom stond weer rechtop, steviger geworteld dan tevoren.
En weer had Reb Shmuel vragen, want waarom moest die rijke wrek beloond worden?
Elia deed er het zwijgen toe.
Aan het eind van die dag kwamen ze bij een synagoge in een andere stad, waar alles prachtig en rijkelijk versierd was. Maar niemand nodigde het tweetal uit voor de nacht, en ze sliepen op harde banken in de synagoge. De volgende morgen zei Elia: "Moge God jullie allemaal tot leiders maken."
De avond daarop bereikten ze een kleine gemeenschap van vriendelijke mensen die hen verwelkomden en een feestmaal voor hen klaarmaakten. In de ochtend zei Elia tegen de gemeente: "Moge God jullie zegenen met alleen één leider."
Reb Shmuel wachtte tot ze weer op weg warten, en toen riep hij uit: "Nu is het genoeg! Ik kan dit niet verdragen, zoveel onrecht. Alstublieft, vertel me wat u hebt gedaan en waarom, want het lijkt steeds precies het omgekeerde van wat mensen verdienen.
Eliah zei: "luister goed, mijn vriend. Herinner je je het arme echtpaar waarvan de koe stierf? De vrouw zou diezelfde dag overlijden, dus ik bad tot God om inplaats daarvan de koe te nemen.
De boom bij het huis van de gierige rijkaard zette ik overeind, omdat hij anders de verborgen schat tussen de wortels zou hebben gevonden.
Mijn wens aan de rijke gemeenteleden was geen zegen maar een vloek, want in een groep waar iedereen leider is ontstaat voortdurend ruzie en kan er nooit een beslissing genomen worden.
Bij de arme gemeente was het een zegen om ze één leider toe te wensen, want bestuurd worden door één wijze leider is beter dan een groep malloten aan de macht."
Voor Elia vertrok zei hij tegen Reb Shmuel: "Onhou dit, mijn vriend: wanneer je een slecht mens ziet die het voor de wind gaat, weet dan dat zijn slechte gedrag zich ooit tegen hem zal keren. Enals je rechtvaardige mensen zien die het moeilijk hebben, weet dan dat ze een erger lot bespaard wordt. Twijfel daar niet aan. Je kunt Gods bedoelingen niet altijd begrijpen."
Elia vertrok, en Reb Shmuel ging naar huis en zag de wonderen van de wereld met nieuwe ogen.

dinsdag 8 juni 2010

BESPARING

In 'The Theosophist' van 1880 staat een prachtig idee voor mogelijke bezuiniging op het politieapparaat.
Men moet in deze moeilijke tijden aangrijpen wat men kan, en ik krijg weer de gelegenheid om een juweeltje uit het verleden aan de vergetelheid te ontrukken.

In India onder Brits bewind waren blanken in de regel omgeven door veel ruimte, veel westerse kostbaarheden en vooral: veel bedienden. In die omstandigheden wilde het nog wel eens voorkomen dat er iets gestolen werd. Mensen stelen voor minder tegenwoordig. Die bedienden waren vaak arm van geboorte en hun talrijke familileden waren in hun bestaan van hen afhankelijk. Dan mocht de verleiding nog wel eens te machtig worden.
Behalve de politie nam men dan soms een 'mantra-zegger' in de arm, een soort plaatselijke shaman die zijn eigen methoden had om de dief op te sporen.
Maar er was ook een andere manier. De van een armband beroofde militair vertelt hoe hij die toepaste.
Hij riep al zijn personeel bij elkaar en deed hen plaatsnemen op de grond van een van zijn ruime verblijven. Hij sprak hen toe en zei dat hij een proef ging nemen om de dief van zijn bezitting te ontmaskeren.
Toen gaf hij hen ieder een lepel ongekookte rijst, en verzocht hen daarop te kauwen.
Rauwe rijst is hard en stug, en voor men er een papje van heeft gebeten gaat er wel even tijd overheen.
Maar daar ging het in dit geval niet om. Bij het kauwen komt speeksel vrij, dat is een natuurlijke reactie.
De redenatie achter deze proef was dat iemand met een schuldgevoel waarschijnlijk een droge mond zou hebben en daardoor meer moeite zou hebben de rijst te kauwen.
Toen dan ook de militair de aanwezigen aanspoorde de rijst uit te spugen, was er een man die een droge hap produceerde.
Ook bij een herhaalde proef kwam hij als 'schuldig' uit de bus.
Gelukkig kreeg hij de gelegenheid het ontvreemde voorwerp terug te leggen en kon zo ook nog op de politie bespaard worden.
Een prachtige methode die navolging verdient. Eén probleempje rijst: het is de vraag of dieven tegenwoordig nog last hebben van schuldgevoel.

vrijdag 4 juni 2010

MIST

We moeten er niet te licht over denken: wonderen bestaan.
En hoewel ze soms niets met God of geloof te maken hebben, is toch die koppeling er eentje om naar uit te kijken.
Dat doen ze in het Vaticaan al een tijdje vanwege de op handen zijnde zaligverklaring van de vorige paus.
Helaas is het wonder dat hij scheen verricht te hebben weer in duigen gevallen, en nu is het wachten dus op een die beklijft. St. Juttemis zal beslist niet worden afgewacht: er is haast bij.
Alsof de kerk nog niet genoeg heiligen heeft. Zoveel dat we door de bomen het bos niet meer kunnen waarnemen.
Daarom is het zo mooi als een echt lichtgevend wonder door die bomen schijnt en ons op het rechte pad houdt.
Zo'n licht is de heilige St. Cuthbert van Lindisfarne (Northumbria). Misschien heb je nooit van hem gehoord, maar hij was in zijn tijd, de 7de eeuw AD een man van aanzien. Zoals dat in die jaren vaker voorkwam hield hij het midden tussen een monnik, een kluizenaar, een geleerde en een soldaat.
In 684 werd Cuthbert bisschop van Lindisfarne waar hij drie jaar later stierf en werd begraven. Na veel omzwervingen werden rond 900 AD zijn stoffelijke resten overgebracht naar een kerk in Durham.

Toen in 1104 de kathedraal van Durham werd voltooid, kreeg Cuthbert daar een definitief onderkomen.
Volgens de legende was hij bij die laatste opgraving nog in goede staat, en daarmee een van de 'incorruptables' waar de kerk een bewijs van heiligheid in ziet.
Zijn cultus kwam daardoor niet moeilijk van de grond en pelgrims stroomden toe.

Cuthbert bleek een ware beschermheilige van het gebied dat hem lief was.
Aan veldslagen geen gebrek. Kloosters en abdijen waren vaak doelwit van vijandelijke plunderingen.
In 1346, kort voor de veldslag van Neville's Cross, werd de abt van Durham Abbey in een droom door Cuthbert bezocht. Het klooster en de monniken zouden gespaard blijven als de abt een overkleed van Cuthbert als vaandel in de strijd zou dragen. Dat hielp; de abdij werd gespaard. Sindsdien ging Cuthberts kleding mee in elke strijd, en hij werd gezien als de beschermer van de regio.

Daarmee is het niet afgelopen met Cuthbert. Heiligen hebben tenslotte het eeuwige leven.
In de zomer van 1943 was een squadron van de Luftwaffe op weg naar Northumbria om een viaduct in Durham te bombarderen. Daarmee zou een belangrijke noord-zuid spoorweg onbruikbaar zijn geworden.
Het plan was om ook de stad Durham en zijn beroemde kathedraal mee te nemen in de destructie, want het is zonde om niet te doen wat men kan, als het om vernietiging gaat.
Maar precies toen de bommenwerpers hun doel naderden, kwam er uit het niets een mist opzetten. Die mist spreidde zich uit over de stad, de kathedraal, en elke landschappelijk oriëntatiepunt.
De vliegtuigen dropten hun bommen buiten de stad en hoopten er het beste van. Durham was nauwelijks getroffen.


Niemand heeft ooit een verklaring kunnen geven voor de spontaan opgekomen mist. De nacht was helder en de maan bescheen het landschap waar St Cuthbert zijn deken beschermend overheen heeft gelegd.
Zulke heiligen, daar heb je wat aan.

NAADI SHASTRA

Sinds vele jaren correspondeer ik met Suvi Singh, een Indiase bioloog die zich vooral met geitenziektes bezighoudt.
Onze briefwisseling is niet altijd even helder, omdat we elkaars cultuur niet werkelijk begrijpen.
Maar dat maakt het ook interessant.
Suvi lijdt onder het lijden van de dieren die hij probeert te helpen, en in India zijn dat er nogal wat.
Behalve het feit dat in dat land je leven zomaar kan eindigen door een slangebeet in het donker of een ontspoorde bus, is er de bureaucratie, de corruptie en het kastesysteem dat mensen belet om te bereiken wat ze in hun mars hebben.
Geen wonder dat in dit land astrologie een allesbepalende factor is. Geen beslissing zonder een astroloog te raadplegen. Suvi woont en werkt in de stad Mathura, de stad van de god Krishna - die met de fluit en de blauwe huid. Vanmorgen kreeg ik een mail van hem: "Soms twijfel ik aan Lord Krishna en ik vraag me af of hij bestaat en werkelijk zorgt voor zijn volgelingen. Gisteren bezocht ik een astroloog. De horoscoop zegt alles. Er komen betere tijden. 26 october, 6 november en 15 december zijn belangrijke dagen. In januari 2011 zal ik de promotie krijgen, maar ik moet wel oppassen voor Jupiter. Vannacht was de positie van de maan om 3.30 niet okee, en ik had een aanrijding. Je begrijpt, mijn geloof in Lord Krishna staat op het spel. Daarom ben ik erg gespannen."

Suvi is een hoogbegaafde wetenschapper. Vertaald naar onze cultuur: ik zie hier nog niet een wetenschapper naar een astroloog stappen of z'n geloof in een godheid verbinden met de werking van zijn horoscoop.
Maar dit voorbeeld uit de praktijk van India geeft wel een kijkje in de keuken van een cultuur waar een 'hobby' als astrologie een bouwwerk is dat vele eeuwen overeind is gebleven.

En zo zijn we bij Naadi Shastra.

Waarschijnlijk hebt u nooit gehoord van de Naadi Palm Leaf Library in India. Tot voor kort had ik dat ook niet. Toch is het waarschijnlijk een van de meest 'mindblowing' instituten op de wereld.
Voor iedereen toegankelijk. Als het je tijd is, wel te verstaan. Maar dan staat je ook wat te wachten.

'Naadi Shastra' is een oeroude methode om gegevens vast te leggen. Volgens de overlevering hadden de grootste wijzen van India, astrologen, Rishi's ( de hoogste Brahmaan priesters), toegang tot heden, verleden en toekomst van het universum. Zeker 2000 jaar geleden - de overlevering is daarover niet eenduidig - voorzagen zij via ingewikkelde astrologische berekeningen wie er in onze tijd op aarde zou rondlopen.
Hoe ongelofelijk het ook mag schijnen, zij schreven op palmbladeren (al sinds duizenden jaren het normale schrijfpapier van veel culturen) intieme informatie over u en mij, ons verleden, onze toekomst, en onze vorige incarnaties.
Daartoe creëerden zij classificaties gebaseerd op de duimafdruk, waarvan de wijzen 108 verschillende categorieën onderscheidden.
Op grond van iemands linker (voor mannen) of rechter (voor vrouwen) duimafdruk wordt de bundel palmbladpapier geselecteerd, en vervolgens wordt er gezocht naar het juiste blad waarop het leven van die persoon staat geschreven.
Door een proces van eliminatie wordt dat blad uiteindelijk, als men veel geluk heeft, gevonden. Want heel veel is in de loop van de geschiedenis verloren gegaan; door de kwetsbaarheid van het materiaal, en door verspreiding en verkoop aan onbevoegden. Je zou het kunnen vergelijken met de betreurenswaardige geschiedenis van de Dode Zee Rollen, waarvan er een paar als pakpapier zijn gebruikt vóór de grote waarde ervan was ontdekt.
De informatie op de palmbladen kan alleen door enkele speciaal getrainde astrologen worden gelezen en begrepen. De bladeren werden meestal geëtst in Vatta Ezhuthu, het Tamil schrift, maar ook andere talen werden gebruikt. Veel bladeren zijn beschadigd of moeilijk te lezen door ouderdom of verwaarlozing.

Maar eerst even iets meer over de geschiedenis.
De wijsheidscultuur van India gaat oneindig lang terug, maar wie data voor feiten en mensen wil weten loopt al heel snel vast. India had een mondelinge traditie, van guru op leerling, van generatie op generatie. Veel noodzaak om kennis vast te leggen was er daardoor niet. De Rishi's bewaakten de kennis, en alleen ingewijden hadden er deel aan.
Dat veranderde toen rond 1000 v. Chr. de Veda's werden geschreven, en nog wat later de Upanishads, en de Epische geschriften: de Mahabharata, waar de Bhagavad Gita een deel van is.
Door die boeken kwam de wijsheid van India binnen het bereik van de geletterde minderheid onder het volk.
Hoewel in de wereld sinds mensenheugenis een veelheid aan beschrijfbare of behakbare materialen is gebruikt, waren palmbladeren bijzonder geschikt. We vinden bibliotheken van palmbladboeken in heel Zuid Oost Azië.
Ieder land had z'n eigen methoden van prepareren. In India werd vooral blad van de Talibotpalm gebruikt, dat soepel en glad werd gemaakt, beschermd tegen schimmel en insecten met pauwenolie, op het gewenste formaat gesneden en van gaten voorzien, zodat de bladen aan elkaar vastgemaakt konden worden.
Stijf ingeklemd tussen houten schutbladen kreeg het boek zo de nodige duurzaamheid. Zwaar beschadigde of onleesbaar geworden boeken werden zo mogelijk op tijd overgeschreven, waardoor de precieze ouderdom van het Naadi systeem en van de teksten niet te achterhalen is.
Het Naadi centrum is in Vaitheeswarankoil in de provincie Tamil Nadu, maar een deel ervan is tegenwoordig ook in Delhi te vinden.

Wat gebeurt er nu als iemand op zoek is naar 'zijn' Naadi-blad? Op tijd een afspraak maken is wel nodig, liefst weken tevoren, want er zijn maar weinig bekwame Naadi readers. Als men komt worden er eerst drie duim- afdrukken gemaakt, waarop punten als referentie worden vastgesteld. Dan zoekt met de betreffende boeken.
Het kan goed zijn dat die nooit gevonden worden omdat ze er gewoon niet meer zijn.
Als men veel geluk heeft hoort men z'n eigen geschiedenis tot in de kleinste details voorlezen, en dat moet een wonderlijke ervaring zijn.

Ook iemands toekomst staat op het blad, en wat men daarvoor moet doen. Vaak zullen eerst de smetten van een vorige incarnatie gewist moeten worden. Dat leven wordt uitvoerig uit de doeken gedaan, zodat men begrijpt waarom bepaalde dingen nu zijn zoals ze zijn.
Dan volgt het 'recept' voor herstel van het Karmisch evenwicht, en dat is voor iedereen heel verschillend. Gebeden, offers, geld voor goede doelen, tot en met het voeden van zwerfkatten onderweg.
Elke zonde heeft z'n prijs die zowel in het materiële als het immateriële vereffend moet worden.
Omdat er duizenden gebeden vereist zijn nemen de priesters van het Naadi centrum het grootste deel daarvan voor hun rekening. Rituelen die hij thuis kan uitvoeren worden de bezoeker voorgeschreven, en de as van verbrande offergaven wordt hem over de post toegestuurd, zodat hij die in z'n eigen rituelen kan betrekken.

Als alles na verloop van weken of maanden is afgerond , krijgt men een koperen plaatje toegestuurd met symbolen en schrift: de neerslag van het hele proces.
Andrew en Angela Donovan gingen erheen en schreven er een boeiend boek over : The Hidden Oracle of India.

FENOMENEN

Enkele jaren geleden backpackte mijn zoon Marijn met zijn vriend Herman door Schotland.
In de buurt van Loch Ness zag hij niet het monster, maar wel een zwarte panter die volgens hem een voetpad bij het Loch overstak en in het bos verdween.
Mijn zoon is niet het type dat poezen voor panters aanziet.
Toen hij de ervaring jaren later checkte met zijn vriend, had die een heel andere herinnering: wel een zwarte panter, maar niet op het voetpad. Herman herinnerde zich de panter aan de overkant van een veld, veel verder weg.
Ik schreef deze ervaring aan Richard Freeman, een van de mensen van het Center for Fortean Zoology. De CFZ houdt zich oa bezig met 'big cats' , een fenomeen dat zich met name in Engeland afspeelt en waar heel wat over geschreven wordt. Sommige van die waarnemingen - maar lang niet allemaal - zijn paranormaal getint.
Richard schreef mij terug dat juist dat opmerkelijke verschil in waarneming 'typical' was voor zulke sightings.
Voor zulke... en andere.
UFO's, aliens, lichtverschijnselen, onbestaanbare wezens hebben de eigenschap door getuigen op essentieel andere manieren gezien te worden, veel ingrijpender verschillend dan het geval is bij getuigenverklaringen over normale gebeurtenissen, zoals een ongeluk of een misdrijf.
Zo las ik onlangs een verslag van 'John' die een UFO had waargenomen samen met drie vrienden.
Laten we ze voor het gemak Peter, Bob en Dick noemen.
John wist heel precies wat er gebeurd was. Hij herinnerde zich de UFO die een tijd hun auto op een van die verlaten Amerikaanse wegen had gevolgd. Toen de motor afsloeg was John uitgestapt, samen met de anderen en in de richting van de intussen gelande UFO gelopen. Daarna was er de bekende 'missing time', en startte de auto weer.
Peter wist heel zeker dat ze allemaal in de auto waren blijven zitten. Bob herinnerde zich geen UFO, maar wel een vreemd beest dat ze vanuit de auto hadden zien lopen, en Dick had geen enkele herinnering aan het gebeurde.
Terwijl John heel graag over het gebeurde wilde praten, waren Peter en Bob daartoe nauwelijks bereid. Dick, die niets had meegemaakt, vond het allemaal onzin.
Wie of wat ons ook ervaringen bezorgt, heeft er kennelijk belang bij ons danig te verwarren.
Dat maakt het traceren en categoriseren van ervaringen moeilijk, en de kans op ridiculisering groter.
Psychologisch heeft dat een behoorlijke impact, want iedereen die iets onmogelijks meemaakt blijft voor altijd naar een verklaring op zoek.

In 'Sub Rosa' , een e-zine dat helaas maar 6 afleveringen heeft gekend maar nog steeds te downloaden is, vind ik een artikel van Michael Grosso over de Mariaverschijningen in Medjugorje, Bosnië.
Wie de literatuur een beetje kent weet dat Mariaverschijningen niet eenduidig van hemelse oorsprong zijn.
Er zitten kantjes aan die iemands vroom geloof definitief om zeep kunnen helpen.
Gelukkig blijft dat de meeste katholieken bespaard, want wie gelooft in Maria gelooft meestal niet in UFOs. Dat is een ander circuit.
Grosso rapporteert getuigenverklaringen uit 2005, toen pelgrims wonderlijke lichten - ufo's - in de lucht zagen terwijl anderen visioenen hadden van religieuze aard. Sommigen wilden de lichten niet gezien hebben en blokkeerden de ervaring.
Ook op 13 oktober 1917, tijdens de laatste verschijning in Fatima, 'danste' de zon, zond gekleurde lichten uit, waggelde naar de aarde en steeg weer op, en liet de duizenden toeschouwers geschokt maar droog achter hoewel het pijpenstelen had geregend. Alleen microwaves kunnen dat effect hebben, en we kunnen veilig aannemen dat Maria van microwaves geen kaas heeft gegeten, noch van boodschappen die waarschuwen voor naderend onheil.

Maar wat dan?
Jacques Vallée, John Keel, Kenneth Ring en anderen in hun kielzog hebben zich gebogen over de overeenkomsten tussen onverklaarbare fenomenen die zich hardnekkig blijven voordoen.
Raakvlakken die zich uitstrekken tot ver in de mythologie en het ervaringserfgoed van de mensheid, en die in de eerste plaats bestaan uit elementen die naar hun aard al ongrijpbaar zijn: de verschillen in waarneming, de tijdsbeleving, 'dimensional shifts' , de intentie achter de verschijnselen (als die er is) . Overeenkomsten tussen fenomenen die zo op het oog geen enkele relatie met elkaar (zouden moeten) hebben. UFOs en Mariaverschijningen, Abducties en Bijna Dood Ervaringen. UFO's en Bigfoot. En ga zo maar door.
Something is messing with our mind.
Soms is het constateren van een verbindend patroon het enige wat overblijft, want dat niets is wat het lijkt, daar kunnen we in ieder geval zeker van zijn.

HOE BESTAAT HET?

We kennen de Stigmata, de wonden van Christus, die in de geschiedenis op de lichamen van vele katholieke nonnen, priesters en gewone mensen zijn verschenen.
Maar het Christendom heeft niet het alleenrecht op zulke 'wonderen' .
De Islam kan er ook wat van.
Zo is er de baby Ali Yabukov in de republiek Dagestan, een deel van de Russische Federatie, bij wie sinds enkele weken na zijn geboorte verzen uit de Koran op zijn beentje en elders verschenen.
De gedachte dringt zich op dat de ouders daar mee te maken hebben, maar andere feiten pleiten ervoor dat het hier om een authentiek verschijnsel gaat.
Het jongetje, geboren met een hartkwaal en gediagnosticeerd met spasticiteit door zuurstofgebrek bij de geboorte, is na het verschijnen van de tekst weer als nieuw.
Het eerst verscheen het woord 'Allah' op zijn kin en daarna kwam de rest. De ouders wilden het eerst geheim houden, maar toen ze zich een Koran-vers herinnerden dat zegt 'Laat deze tekenen aan de mensen zien' begrepen ze dat dit aan de grote klok gehangen moest worden. Sindsdien wordt hun huis overstroomd met pelgrims.
De ouders zijn niet speciaal religieus, dus de tekenen komen als een verrassing. Maar de lokale Mufti's zijn in rep en roer en spinnen religieus en politiek garen bij het wonder.
Natuurlijk is de eerste gedachte dat het hier om bedrog gaat, ware het niet dat dergelijke wonderen over de hele wereld voorkomen.

Er is een wijdverspreid bijgeloof dat als de moeder tijdens de zwangerschap schrikt of bang gemaakt wordt door een dier of een natuurverschijnsel, de inprint daarvan op het ongeboren kind overgaat. Hoewel zulke verhalen natuurlijk meestal een interpretatie achteraf zijn van geboortegebreken of wijnvlekken, ligt er misschien toch een ervaringsgegeven aan ten grondslag. Wetend dat de geest een soms bizarre invloed op het lichaam kan uitoefenen, kunnen we zulke dingen niet automatisch afdoen als onzin.
Er zijn in de literatuur veel goed onderzochte gevallen bekend van mensen die dromen van letsel en dan ook werkelijk littekens op hun huid ontwikkelen. Suggestie kan brandwonden, blaren en blauwe plekken spontaan doen ontstaan, en we kunnen aan suggestie overlijden.
Prof. Ian Stevenson, de man die reïncarnatie als wetenschappelijk onderzocht fenomeen op de kaart zette, heeft veel onderzoek gedaan naar geboortekenmerken die in relatie staan met wat iemand in een vorig leven is overkomen. Aan de hand van autopsierapporten konden die littekens of defecten vergeleken worden. Stevenson schreef er een boek over: 'Where reïncarnation and Biologie intersect' - waar reïncarnatie en biologie elkaar overlappen.
Zouden we dan in het geval van Ali, als het waar is, kunnen concluderen dat de jongen in een vorig leven heel gelovig is geweest? Of zichzelf had getatoueerd met teksten uit de Koran? Of was hij een geleerde die bang was zijn kennis van de Koran te verliezen in een volgend leven?
Want dat een baby niet zijn eigen benen met teksten fantaseert is evident. Maar wie dan? De ouders? De vele gelovigen die het wonder in stand willen houden?
Een fascinerend verschijnsel waar we nog heel weinig van begrijpen, maar dat niettemin bestaat en op de meest onwaarschijnlijke plaatsen onze nuchtere werkelijkheid binnenkomt.
Het leven is altijd weer wonderlijker dan we denken.

dinsdag 1 juni 2010

TRANEN

Enige dagen geleden overleed Martin Gardner (rechts op de foto). Hij werd 95 en voor wie hem niet kent: hij was een leider in de beweging van het debunkende scepticisme.
Daarnaast was hij een vaardig en geestig schrijver, over wiskunde (z'n vak) en menselijke goedgelovigheid (niet z'n vak). Ik heb nogal wat van hem gelezen en daar vaak erg om moeten lachen.
Bij zijn debunkende companen zal hij zwaar worden gemist, en zij waren het dan ook die hem in de eerste plaats herdachten.
Want als er iemand de goeroe was van CSICOPpers, dan was het Martin Gardner. Zijn lange leven stond garant voor veel invloed, veel humor, veel venijn en veel schade maar ook een fantastische bijdrage aan de literatuur over filosfische en vooral wiskundige onderwerpen.
Wat mij opviel was de lamentatie van goochelaar James Randi (links op de foto) die intussen niet zo heel veel jonger is dan Gardner en zichzelf ongetwijfeld ziet als de kroonprins van het Rijk Debunkoland.
Randi, die toch moet hebben geweten dat het leven eindig is, zelfs in het geval van goeroe Gardner, kon er niet over uit. Nooit heb ik ook maar iets van menselijk gevoel bespeurd in de schrijfsels van deze man, maar nu zijn papa is weggevallen kwam er echte emotie boven.

Tenminste op papier.

En dan denk ik: kijk, zo werkt dat dus.
Als er iemand doodgaat die je hebt bewonderd en van wie je hebt gehouden omdat hij met z'n bestaan jezelf en je overtuigingen heeft bevestigd, dan is het huilen geblazen.
Maar als je, zoals Randi, talloze mensen hebt aangevallen, vernederd, carrières kapot hebt gemaakt en langs slinkse wegen reputaties hebt ondermijnd, mensen hebt bedrogen en ten onrechte voor leugenaar hebt uitgemaakt, dan kun je daar om lachen. Want die mensen waren je vrienden niet. Die mensen waren niet degenen die het met je eens waren, en die je persoonlijkheid waardeerden.
Die mensen waren er alleen om Randi's carrière als klootzak te bespoedigen, en tellen verder niet mee.
En als die mensen doodgaan na een leven dat heel wat plezieriger had kunnen zijn als er geen Randi's op de wereld waren - dan zal Randi er geen traan om laten.
Eén troost is er: als James Randi er een keer in blijft dan staat hem een na-de-doodse verrassing te wachten.
Jammer dat we daar dan geen getuige van kunnen zijn.